zondag 18 oktober 2009

Juttersleed






“Nootjes!”

“Laptops!”

“Hout!”

Het zou er allemaal liggen of het kwam er aan, dus wij gistermiddag in de spieren naar het strand. Maar welk strand? We kozen voor Formerum aan Zee, daar zouden we de Jeeps en Landrovers wel in de goede richting zien rijden, vermoedden we, en daarom parkeerden we ons autootje onder de strandovergang, waar we meteen al gezandstraald werden.

Zo’n twintig mensen liepen verspreid over kilometers vloedlijn langs de razende branding en keken hoopvol naar wat er zoal aankwam.

Niks dus.

Dode kwallen, een roestig blikje, nog een roestig blikje, veel piepschuimbolletjes. Ik hoop dat de vogels er af blijven want dat lijkt me niet gezond, verder een stukje hout en een fles.

Er zat iets wits in de fles. Ik hoopte op een briefje. Vroeger heb ik ook vaak flessenpost verzonden en soms kwam er dan een reactie op. Eén fles bleef meer dan twintig jaar vast zitten ergens bij Denemaken voor iemand mijn message in a bottle vond en een briefje stuurde. Ik was intussen al een paar keer verhuisd, maar woonde nog altijd op West, dus dat kwam wel terecht.

Zodoende liep ik door het water naar de fles. Een golf spoelde mijn laarzen onder en vol, de fles verdween, niet meer gezien.


Thuis was er koffie. Gelukkig. Straks nog maar eens kijken. Ik wil een stukkie hout.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten